Narcis (narcissus)

Vanaf februari duikt het geel van de narcis overal op, heel leuk om te plukken voor op de vaas! Veel gemeentes planten narcis aan in de plantsoenen, maar het zijn ook geliefde tuinbollen. Naast de standaard gele narcissen, heb je ook narcissen in het wit of oranje-achtig. Je kunt tot in mei narcissen in de tuin hebben, wanneer je vroegbloeiende soorten combineert met laatbloeiende.

Slijm

Wanneer je narcissen plukt voor op de vaas, is het verstandig om deze eerst even te laten ‘slijmen’. Na een halve dag op water gestaan te hebben, stopt de bloem met het afgeven van slijm en kan de narcis op de vaas gecombineerd worden met andere bloemen. Wel het water vervangen, want het ‘slijm’ verhindert de wateropname van de andere bloemen en zal ook de overleving op de vaas van de narcis verminderen. Een snelle truc om het slijmen te stoppen is de stelen 20 seconden in kokend water te houden.

Wanneer je narcissen in het voorjaar bemest, heb je er soms jaren plezier van. Helaas vallen ze ook wel eens weg na de bloei. Wanneer je zeker wilt zijn van narcissen in je (pluk) tuin zal je dus jaarlijks bollen moeten planten. Ook wanneer je niet gek op geel bent, zijn er minder opvallende soorten narcis voor op de vaas. Er zijn heel veel leuke soorten te koop in volledig wit, zachte perzikkleuren en met de meest fantastische trompetten.

Er zijn nog veel meer bolgewassen die je goed kunt gebruiken in een plukbare tuin. Natuurlijk kan je denken aan de tulp, maar ook blauwe druifjes, indianenbloem, gladiolen, amarine en nerine zijn heel geschikt!